Vernieuwde stimuleringsregeling: SDE++

 

 

Minister Wiebes van Economische Zaken en Klimaat heeft de Tweede Kamer geïnformeerd dat de Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie (SDE+) vanaf 2020 wordt verbreed naar CO²-reductie. De vernieuwde regeling gaat Stimuleringsregeling Duurzame Energietransitie (SDE++) heten.

Overeenkomsten en verschillen

Net als de huidige regeling (SDE+), zal de SDE++ technieken stimuleren door de onrendabele top te vergoeden. Het verschil is dat technieken voortaan concurreren op basis van ‘vermeden CO²’ in plaats van ‘opgewekte duurzame energie’. Per techniek wordt gekeken naar de te subsidiëren ‘onrendabele top’ per vermeden ton CO². Dat is het verschil tussen de kostprijs van de techniek en de marktwaarde van de vermeden CO². Bij de opwekking van duurzame elektriciteit, zoals zonnestroom, wordt voor de berekening van de CO²-reductie uitgegaan van vervanging van de gemiddelde CO2-uitstoot van een efficiënte moderne gascentrale.

Technieken voor subsidie

Om concurrentie op CO²-reductie te stimuleren, komen technieken die kosteneffectief CO² reduceren als eerste in aanmerking voor een subsidie. Dalende subsidiebedragen of een periodieke herijking per techniek zorgen dat de ondersteuning tijdelijk is en alleen toekomstbestendige technieken stimuleert die naar verwachting binnen afzienbare tijd ook zonder subsidiegeld uitgerold kunnen worden. In samenspraak met marktpartijen wordt de SDE++ nu verder uitgewerkt. Daarbij wordt gekeken welke technieken in aanmerking komen, welke subsidiebedragen per techniek gelden en of er productie- of budgetplafonds wenselijk zijn.

Vervolg

De nadere uitwerking van de SDE++ zal gedurende heel 2019 plaatsvinden. Naast juridische aspecten en uitvoerbaarheid zal ook de stabiliteit van de regeling centraal staan. Tevens zal besloten worden welke technieken in eerste instantie worden opgenomen in de SDE++.

Voor de subsidiebedragen per techniek wordt in 2019 een reguliere marktconsultatie gehouden, op basis van berekeningen die het PBL begin 2019 publiceert. Naar verwachting kan het definitieve voorstel voor de SDE++ in het najaar van 2019 naar de Tweede Kamer, zodat het op 1 januari 2020 in werking treedt.

Tegelijkertijd wordt de wet Opslag Duurzame Energie (ODE) aangepast. Dat is nodig omdat de SDE++ uit de ODE wordt gefinancierd. Bij het aanpassen van de ODE wordt gekeken naar de lastenverdeling tussen huishoudens en bedrijven. Dit omdat er begrijpelijke zorgen zijn over de betaalbaarheid voor huishoudens en de concurrentiepositie van bedrijven.

Bron: SolarMagazine